
De volgende ochtend was Toby stil. Terwijl Rex en Bella vrolijk hun ontbijt oppeuzelden, zat hij met een frons voor zich uit te staren.
“Wat is er, Toby?” vroeg Bella bezorgd.
“Ik droomde weer van die kat,” zei Toby zacht. “Maar dit keer… zag ik waar hij heen ging.”
Rex spitste zijn oren. “Waarheen dan?”
“Door een poort. Niet zomaar een poort, maar eentje van licht. Hij liep erdoorheen en verdween. En ik hoorde de bomen fluisteren: ‘De poort opent zich voor wie durft te dromen.’”
Bella keek naar Rex. “Denk je dat het echt bestaat?”
Rex stond op, zijn ogen glinsterend. “Er is maar één manier om daar achter te komen.”
Die middag gingen ze op zoek. Ze volgden het pad langs het beekje, door het bos, tot ze weer bij de open plek kwamen. De bloemen wiegden in de wind en de mysterieuze steen lag er nog steeds, stil en wachtend.
Toby liep naar de steen en legde zijn poot erop. Plotseling begon de grond zacht te trillen. De lucht boven de steen werd wazig, alsof de wereld even zuchtte.
Een cirkel van licht verscheen, zwevend boven de steen. Binnenin zagen ze flarden van een andere wereld: zwevende stenen, glinsterende bomen, en… de kat.
“Dit is het,” fluisterde Bella. “De droompoort.”
Rex keek naar zijn vrienden. “Durven we?”
Toby slikte. “Ik denk… dat we moeten.”
En zo stapten ze, één voor één, door de poort — op weg naar een wereld die alleen in dromen bestond. Wat ze daar zouden vinden, wist niemand. Maar één ding was zeker: het avontuur was nog maar net begonnen.
wordt vervolgd....




Reactie plaatsen
Reacties